Phoenix organiseert oriëntatieloop
Op zondag 27 januari 2008 heeft de Wedstrijd Organisatie Commissie voor Phoenix een prachtig nieuw evenement bedacht: een oriëntatieloop.
Deze loop komt in de plaats van de indoorwedstrijden en is bedoeld voor alle leden van Phoenix, van heel jong tot wat ouder, van heel snel, tot iets minder vlot, voor sprinters en lange afstandlopers. Voor elk Phoenix-lid dat maar mee wil doen.
Oriëntatielopen
Maar wat is nu eigenlijk een oriëntatieloop? Is dat niet iets met een kaart en een kompas? En is dat niet heel moeilijk, raak ik niet de weg kwijt?
Een oriëntatieloop is niets anders dan een hardloopwedstrijd waarbij je bij de start een kaart krijgt, waarop punten (posten) staan aangegeven waar je (meestal in een zekere volgorde) langs moet, om je controlekaart te stempelen. Diegene die het snelst alle posten heeft gestempeld is de winnaar. Meer informatie, bekijk bijvoorbeeld: nolb.nl.
Stempelen is bij oriëntatielopen eigenlijk knippen. Bij de controlepunten staat een stok met daaraan een roodwitte zak. Bovenop de stok is een kniptang gemonteerd. Die gebruik je om je controlekaart te in het juiste vakje te knippen. De kniptang heeft een aantal pinnetjes, uniek voor elke post. Bij terugkomst kan de jury dan ook aan je controlekaart zien of je wel bij de juiste controlepost bent geweest. Vals spelen gaat dus niet!
De wedstrijd
Behalve dat je zelf de weg moet vinden, zijn er bij een oriëntatieloop nog meer zaken anders dan bij een gewone hardloopwedstrijd. Zo start niet iedereen tegelijk, maar in tijdsintervallen van bijvoorbeeld 1 of 2 minuten. Dat voorkomt dat iedereen achterelkaar aan gaat lopen. Een tweede verschil is dat je bij een oriëntatieloop niet op de paden hoeft te blijven. Als je denkt dat je sneller naar de volgende post gaat als je dwars door het bos loopt, dan mag je dat doen. Sterker nog, de stempelposten staan vaak helemaal niet langs een pad, maar meestal midden in het bos. Ze staan wel altijd bij iets dat duidelijk herkenbaar is in het terrein, zoals een heuveltje, een kuil of een greppel of iets dergelijks. Op de kaart die je bij de start krijgt, staat ook behalve de exacte locatie, ook aangegeven bij wat voor een soort object (heuveltje, greppel) de stempelpost staat. Ook staat er bij de omschrijving welk nummer de stempelpost heeft. Zo weet je zeker dat als je stempelt, dat je dan ook de juiste stempelpost hebt bezocht.
De kaart
Hoe zit zo’n kaart er eigenlijk uit? Hiernaast heb ik een stukje van zo’n kaart afgedrukt. Noord is boven.
Wat zie je zoal op zo’n kaart? Het eerste en meest herkenbare zijn de bospaden aangegeven door stippellijnen. Hoe dikker de lijn, des te breder het pad. Iets anders zijn de schakeringen groen. Hoe lichter het groen, des te makkelijker het bos is om door te lopen. Wit is bos waar je heel makkelijk doorheen kunt lopen. Een ander belangrijk onderdeel zijn de stukken geel. Donkergeel betekent gras, lichtgeel betekent zand. Een ander onderdeel van zo’n kaart zijn de hoogtelijnen. Dat zijn lijnen met gelijke hoogte, op de kaart aangegeven met bruine lijnen.
De looproute
En hoe verloopt zo’n route? Op het stukje kaart hierboven zie je twee rondjes met een nummer erbij. Dat zijn de locaties van de tweede en derde stempelpost. Stel dat je post 2 hebt gevonden, hoe ga je dan naar post 3? Je kan natuurlijk proberen langs de (rood/roze) lijn te lopen. Dan moet je een heel stuk Oost/Noord-Oost lopen, dan kom je vanzelf bij post 3 terecht. Maar ja, als je een beetje te ver richting het Noorden of het Zuiden loopt, vind je de post nooit. In veel gevallen is het makkelijker om van herkenningspunt naar herkenningspunt te lopen. In dit geval zou je snel naar het pad kunnen lopen (bijvoorbeeld pal Oost). Dan kan je het pad volgen richting Noord-Oost, dan de derde afslag naar rechts en op een gegeven moment naar rechts naar het bos. Het zal duidelijk zijn dat dit niet de meest snelle en verstandige route is, maar je weet wel bijna steeds precies waar je bent. Dat is altijd heel belangrijk bij oriëntatielopen: je zou op elk moment precies moeten kunnen aanwijzen waar je op de kaart bent!
De wedstrijddag
De WOC is op het ogenblik druk bezig met de organisatie van de wedstrijd. We hopen dat we wedstrijd kunnen organiseren op de Stompert, even ten Noorden van Soesterberg, maar we moeten van de landeigenaar (Defensie) nog formeel toestemming krijgen. De Stompert is afgesloten gebied en echt verdwalen is onmogelijk. Ook rijdt er geen verkeer, behalve wat mountainbikers. We zullen voordat de wedstrijd begint een algemene instructie geven zodat iedereen kan wennen aan de kaart en het kompas.
We kunnen alvast verklappen dat we 3 verschillende wedstrijdvormen zullen aanbieden. Voor de allerkleinsten hebben we een zogenaamde lintenloop. Dat is een oriëntatieloop zonder kaart en kompas. Voor diegenen die wel met een kaart overweg kunnen, of dat wel eens willen proberen, maar niet noodzakelijkerwijs ervaring hebben met een kompas, hebben we een niet al te moeilijke route van ongeveer 3 km. Deze route is geschikt vanaf C/D jeugd of voor pupillen die met een ouder op stap gaan. Voor de ouderen hebben we een combinatie-loop bedacht. Deze is in principe bedoeld vanaf de B jeugd, maar ook voor vele senioren zal het knap lastig zijn. Het zal ook mogelijk zijn om als team te lopen. De details zijn binnenkort op de website te vinden.
Het kompas
Iedereen heeft wel eens een kompas gezien, maar veel mensen weten niet hoe ze ermee moeten omgaan. Het allerbelangrijkste is: de rode punt wijst naar het Noorden. Op de wedstrijddag zelf zal er nog een duidelijke instructie zijn voor iedereen die daar prijs op stelt. Iedereen die zelf een kompas heeft vragen we het mee te nemen, maar de organisatie heeft ook een aantal kompassen ter beschikking.
Doordat je weet dat het kompas altijd naar het Noorden wijst kun je bepalen in welke richting je loopt. Om dat te vergemakkelijken hebben bijna alle kompassen een ring die draaibaar is, zodat je kunt aflezen in welke richting je gaat. Om een kompas te kunnen gebruiken moet je beschikken over een goede kaart. Deze moet minimaal de Noord-Zuid as vermelden, zodat je zelf kunt bepalen waar het noorden op de kaart wordt aangegeven.
Heb je dit op de kaart gevonden, dan kun je als volgt te werk gaan om je koers te bepalen:
Plaats het kompas op de kaart op een dusdanige wijze dat de lange kant ervan over de as ligt van positie (1) naar bestemming (2). Let er hierbij op dat de pijlen op het kompas van positie naar bestemming wijzen en niet andersom (foto 1).
Druk nu het kompas stevig op de kaart, terwijl je de ring ronddraait. Deze draai je net zolang totdat de noord-zuid as van de ring evenwijdig loopt met de noord-zuid as van de kaart. Ook hier geldt dat de N of 0 graden die naar het noorden wijst op de ring, tevens naar het noorden op de kaart moet wijzen (foto 2).
Neem nu het kompas in de hand en houdt het op oog-hoogte. Hierbij moet het kompas horizontaal worden gehouden en moeten de pijlen op de plaat recht vooruit wijzen. Draai nu met je lichaam rond totdat de pijl van de ring in dezelfde richting wijst als de naald van het kompas. Het (vaak) rode uiteinde van de naald moet nu in dezelfde richting wijzen als de N of 0 graden op de ring. De pijlen op de plaat wijzen nu in de richting waar je naartoe moet lopen (foto 3).
Zoek nu in de verte een object waar de pijlen naartoe wijzen en loop er naartoe. Ben je er aangekomen herhaal dan de voorgaande stappen opnieuw en bepaal opnieuw je richting.
Tot slot
We hopen dat we op 27 januari heel veel Phoenix leden bij de oriëntatieloop mogen verwelkomen. Voor meer informatie: hou de website in de gaten!