Fotografie: Hou de atleten scherp!
In deze sectie vind je exclusieve tips en trucs voor het fotograferen van atletiek en aanverwante zaken. Geschreven door Phoenix-huisfotograaf Michel Reij. Dit gaat over het scherphouden van de atleten – daar draait het plaatje immers om (les 7 van 26).
Michel Reij:
Als je een bewegend object als een atleet wil fotograferen, moet je je camera in focus-tracking modus zetten. Bij Canon wordt dit aangeduid als “AI Servo”, bij Nikon “AF-C”. De camera probeert in deze modus voortdurend scherp te stellen op het bewegende object.
Bij ver- of hoogspringen is dit al lastig genoeg, maar bij hardloopwedstrijden, en zeker kort na de start is het vaak maar afwachten welke atleet in het veld scherp in beeld verschijnt.
Ik heb echter een paar praktijktips om het percentage scherpe foto’s zo hoog mogelijk te maken:
- Selecteer het middelste scherpstelpunt. Bij de meeste camera’s is dit het meest gevoelige focuspunt. Soms alleen omdat het zowel op horizontale als op verticale contrastlijnen kan scherpstellen, en soms, zoals bij Canon, omdat het gebruik kan maken van het grote maximale diafragma van f/2.8 of nog lichtsterkere lenzen.
- Zoek een donkere achtergrond, zoals bomen. Ik weet niet wat de achterliggende natuurkundige wetten zijn, maar mijn ervaring is dat het aantal goed-gefocuste foto’s aanmerkelijk hoger ligt als de achtergrond donker is, dan wanneer je een lichte achtergrond hebt, zoals een (bewolkte) lucht.
- Stel scherp op het startnummer van de atleet, i.p.v. op het hoofd. Daarmee voorkom je dat het hoofd precies in het midden van de foto komt, met daarboven veel lucht en daaronder slechts de helft van de atleet. Bovendien is het zwart-wit van het startnummer een heerlijk contrastrijk doel voor de autofocus van je camera.
- Geef de camera even tijd om het onderwerp “te pakken” voordat je daadwerkelijk afdrukt. Een halve seconde de sluiterknop half indrukken is vaak al genoeg.
- Accepteer dat het percentage correct gefocuste foto’s bij een niet-professionele camera en grote diafragma’s laag ligt! Als ik bovenstaande tips in acht neem, is bij een diafragma van f/3.2 bij mij ongeveer 1 op de 3 foto’s van acceptabele scherpte. Ik hou daar rekening mee door heel veel foto’s te maken…
- Extra tip voor Canon gebruikers: ken de focusfunctie toe aan de * knop met behulp van custom functie 4. Geen idee of dit ook bij andere merken mogelijk is. Ik zet Cfn4 vaak op3 (en kom er ook regelmatig later op de dag achter dat ik vergeten ben om hem terug te zetten, maar dat merk je snel genoeg).
- En misschien wel de belangrijkste tip van allemaal: vergeet niet om je camera weer uit de focus-tracking modus te halen als je stilstaande onderwerpen fotografeert. Hoe vaak is het mij al niet overkomen dat ik daags na een wedstrijd een (groeps)portret heb verknald omdat mijn camera nog op focus-tracking stond… 🙁
Ter relativering van al het voorgaande, hier nog een foto die aantoont dat onscherp niet altijd per definitie gelijkstaat aan mislukking…
🤫 Wil je weten hoe de foto’s in dit artikel gemaakt zijn? Dus welke camera, brandpuntafstand, diafragma etc., klik dan op de afbeeldingen in dit artikel. Voor het beeld bij de opening, klik hier.
Meer weten? Lees dan ook Michel’s andere tips. En heb je aanvullende vragen, mail Michel.